Er komt een onafhankelijk meldpunt waar leerlingen en ouders terecht kunnen. Dat is nodig omdat bekend is dat veel leerlingen incidenten zoals pesten niet durven te melden op school, en dat als het gemeld wordt er niet altijd iets mee gedaan wordt. Voor incidenten die nog een stap verder gaan, komt er een meldplicht voor scholen. Want vooralsnog melden niet alle scholen ernstige incidenten.
De onderwijsinspectie gaat ook eerder en harder ingrijpen als een school niet veilig lijkt voor alle leerlingen. Om dat mogelijk te maken moeten scholen meer informatie doorgeven over sociale veiligheid op hun school. Daardoor kan er sneller ingegrepen worden als dat nodig blijkt, bijvoorbeeld als de situatie niet snel genoeg verbetert.
Vorig jaar voelden 9 op de 10 leerlingen zich (heel) veilig op school. Dat betekent ook dat 1 op de 10, dus tienduizenden leerlingen, zich niet veilig en vrij voelen. Meisjes waren in 2021 vaker slachtoffer van seksueel grensoverschrijdend gedrag dan in 2018. Lhbti-leerlingen voelen zich minder veilig dan in 2018, en zij worden vaker opzettelijk lastiggevallen. Leerlingen willen ook minder graag vrienden zijn met lhbti-leerlingen en het minst graag met transgendermeisjes.
Ondertussen schrijven PO-Raad en VO-raad in een brief aan de Tweede Kamer dat het thema sociale veiligheid ‘te versnipperd’ wordt aangepakt. Er moet meer aandacht zijn voor samenhang en integraliteit in de aanpak van sociale veiligheid.
De sectororganisaties constateren dat er nu te veel programma’s zijn die bijdragen aan het welbevinden en de veerkracht van leerlingen. Al deze programma’s hebben eigen interventies en financiering. Om een sociaal veilig klimaat te creëren, willen PO-Raad en VO-raad dat scholen meerdere samenhangende interventies, programma’s en methoden in kunnen zetten. Zowel op individueel, klassikaal als op schoolniveau, samen met ouders en de omgeving. ‘Dat kan nu niet, omdat veel thema’s en programma’s los van elkaar staan.’
