Pedagogiek
in praktijk

Pleitnotitie: een kansrijke start voor álle kinderen

Ieder kind moet dezelfde kansen krijgen om zijn of haar talenten te ontwikkelen. De eerste jaren zijn daarvoor van cruciaal belang. Daarom pleiten zeven landelijke organisaties in onderwijs en kinderopvang voor het recht op toegang tot kinderopvang van 16 uur per week, voor kinderen van 0 tot 4 jaar. De organisaties (VNG, BOinK, BK, BMK, SWN, PO-Raad en Regiegroep Kindcentra 2020) hebben hierover aan Mariëtte Hamer, voorzitter van de Sociaal Economische Raad, een pleitnotitie overhandigd.
Pleitnotitie: een kansrijke start voor álle kinderen


De organisaties schrijven dat de coronacrisis nog eens heeft laten zien dat kinderopvang van vitaal belang is, niet alleen voor de arbeidsmarkt en onze economie, maar ook voor de ontwikkeling van jonge kinderen. De kinderopvang in Nederland is echter niet voor iedereen bereikbaar en betaalbaar. Ons kinderopvangstelsel is versnipperd en onnodig ingewikkeld. De financiering van het huidige systeem zit ingewikkeld in elkaar voor ouders, kinderopvangorganisaties en gemeenten.

Kansenongelijkheid
Het systeem werkt kansenongelijkheid en segregatie in de hand, al vóór het vierde levensjaar van het kind. Dat moet anders. De tijd is rijp voor inclusieve kindvoorzieningen zodat alle kinderen dezelfde kansen krijgen en met zo weinig mogelijk achterstanden aan de basisschool beginnen. Want voor kinderen die met een achterstand aan de basisschool beginnen, is het lastig deze nog in te halen.

De SER hield al in 2016 een goed onderbouwd pleidooi voor een basisrecht op kinderopvang in zijn rapport ‘Gelijk goed van start’. Inmiddels werkt de commissie Kindvoorzieningen van de SER aan een vervolg op dit advies. Met de gezamenlijke pleitnotitie willen de zeven organisaties een bijdrage leveren aan dit vervolgadvies en dit thema ook op de politieke agenda zetten, in aanloop naar de verkiezingen.



Naar homepage