Pedagogiek
in praktijk

‘Jonge kinderen toetsen is ziekmakend’

‘Er ligt steeds meer focus op rekenen en taal bij jonge kinderen’, zegt Sieneke Goorhuis-Brouwer, lector en orthopedagoog. ‘De lat is omhoog gegaan. Maar peuters en kleuters zijn nog bezig met het fundament om te leren. Testscores op die leeftijd zijn daarom onbetrouwbaar.’

‘Persoonsvorming is de basis van leerontwikkeling’, zegt Sieneke Goorhuis-Brouwer, lector Early Childhood aan de Stenden Hogeschool, bij het congres ‘Leve het jonge kind’ op 4 november in Utrecht. ‘Zelfvertrouwen krijgen, geconcentreerd kunnen werken en instructies begrijpen komen eerst. Wanneer kinderen al vroeg moeten leren, zijn ze zelfs minder sociaal gericht en nemen ze minder eigen initiatief, omdat ze wachten op de instructies van de juf.’

Volgens Goorhuis-Brouwer worden peuters en kleuters al als leerlingen behandeld. ‘Men heeft de opvatting dat kinderen aan het einde van groep 2 vijftien letters moeten kennen. Maar de onderwijsinspectie zegt: ‘Nee, dat hoeft van ons helemaal niet, dat mag een school zelf bepalen.’ Goorhuis-Brouwer pleit voor een uitdagende omgeving waarin kinderen veel kunnen experimenteren. Zo ontwikkelen ze een goed fundament om te leren.

Onbetrouwbare resultaten
Bij het onderzoek ‘De meetbare kleuter’ had 33 procent van de kinderen in groep 3 een andere score dan in groep 2. ‘Dus wat is dan de voorspellende waarde?’ vraagt Ineke Oenema-Mostert zich af, eveneens lector Early Childhood. ‘Wanneer een kind laag scoort, worden er meteen handelsplannen op geschreven, wat tijd en energie kost. En je zet een kind in de positie dat het denkt: ik kan het nog niet goed.’

Een oorzaak van die variabele testresultaten is dat kinderen de noodzaak om goed te presteren nog niet begrijpen, bleek uit onderzoek van het NAEYC. Herman Godlieb, clusterdirecteur basisonderwijs, illustreert dit. ‘In groep 1 maakte mijn nichtje een toets heel slecht. De juf vroeg haar moeder direct om langs te komen. Toen de moeder er tegen haar kind over begon, zei het: ‘Ja, die toets weet ik nog wel. Juf zei van alles, maar ik koos ervoor om een streepje te zetten bij de plaatjes die ik het mooist vond.’ Volgens Godlieb worden kinderen afgerekend op hun toetsscores en is de druk om te presteren te hoog.

Aansluiten bij breinontwikkeling
‘In het onderwijs moet je rekening houden met de variabiliteit in ontwikkeling’, adviseert Ineke Oenema-Mostert. ‘Kinderen lopen niet achter, maar volgen hun eigen pad in de ontwikkeling.’ Dat is ook de kern van het betoog van Betsy van de Grift, adviseur en auteur in dit domein. ‘Het onderwijsaanbod moet passen bij de ontwikkeling van het brein en dus aansluiten bij wat het kind al kan en wat het nog nodig heeft.’ Ze legt uit dat kinderen er een aantal jaren voor nodig hebben om te leren ordenen, van groot naar klein, van eerder naar later. Daarom kun je ze pas later leren rekenen.

‘Kinderen volgen hun eigen agenda bij hun ontwikkeling’, licht Van de Grift verder toe. ‘De verschillen tussen peuters zijn heel groot en iemand kan opeens een spurt maken. Kinderen worden ongelooflijk in beslag genomen door hun eigen leerwerkje op dat moment. Maar dat weerhoudt zich niet met de opbrengst die wij zoeken. Wij zeggen dan dat ze afgeleid zijn, maar wij leiden ze af van hun eigen leerwerkjes. Daarom is vroeg onderwijs helemaal niet beter voor ze.’ Van de Grift benadrukt dat het brein zich blijft ontwikkelen tot iemand 23 of 24 jaar oud is, wat betekent dat je niet te veel moet verwachten van peuters en kleuters.

Tolerantie voor diversiteit
‘Wanneer een kind niet in de pas loopt in het onderwijs, gaan we meteen op zoek naar een stoornis’, zegt psycholoog Laura Batstra. ‘Maar het is toch zo dat mensen die niet passen in het normale onderwijssysteem, zoals Einstein, wel een mooie bijdrage hebben geleverd aan de samenleving? Ik pleit voor tolerantie en waardering voor diversiteit. Laat kinderen opgroeien met de boodschap dat ze goed zijn zoals ze zijn, ook al passen ze niet binnen het stramien dat wij hebben bedacht.’

 



Naar homepage


Kirsten Ronda,

Relevante categorieën: