Pedagogiek
in praktijk

Wordt er nog gezongen bij de afwasmachine?


Met de muzikale opvoeding is het treurig gesteld. Thuis en op school wordt steeds minder gezongen en maar weinig kinderen krijgen de gelegenheid om een muziekinstrument te leren spelen. Of een kind met muziek in aanraking komt hangt vooral af van een enthousiaste ouder, leerkracht of buurjongen. Age Visser pleit voor meer muziek in de opvoeding. Omdat het kinderen een stem geeft, hen zelfbewuster maakt en op vele manieren bijdraagt aan hun ontwikkeling. Maar vooral omdat muziek het leven verrijkt.


Nooit meldde een van de kinderen zich 's avonds na de warme maaltijd vrijwillig aan. Toch bewaar ik goede herinneringen aan de gezamenlijke afwas. Het was namelijk het meest muzikale moment van de dag. We zongen luidkeels, meerstemmig en soms een beetje vals. De meeste indruk maakten die momenten waarop mijn vader en moeder allebei meehielpen en we allemaal samen zongen. Mijn ouders kenden vele liederen uit hun hoofd: kinderliedjes, oude volksliederen, strijdliederen, smartlappen en psalmen. Mijn moeder zong de basismelodie en mijn vader voegde daar improviserend een tweede stem aan toe. Hun stemmen pasten goed bij elkaar. Liederen over afscheid, verlies, strijd en het nieuwe Jeruzalem waren favoriet. Al stonden mijn ouders soms met de ruggen naar elkaar, de een met een afwaskwast in de hand en de ander met een theedoek, nooit heb ik als kind hun verbondenheid sterker ervaren.
Veel van die liederen zing ik zelf nog regelmatig. Een groot aantal ervan kent helaas niemand meer. Het is het leukst om ze samen te zingen, maar ze zijn nogal uit de mode. Een van de liederen die vaak door mijn ouders werd ingezet ging als volgt:

Achter in het stille klooster klopt een arme moeder aan
Ligt mijn zoon hier, zwaar gewond soms, 'k zou zo gaarne tot hem gaan
Arme moeder, sprak de zuster, uwe zoon, hij is niet meer
Hij is in de strijd gebleven, hij stierf voor zijn land en eer

In de kamer aangekomen trok ze 't witte doodskleed af
En in tranen stort ze neder, delf voor hem en mij een graf
Achterin het stille kerkhof ligt een moeder met haar zoon
En nu juichen zij voor eeuwig, ja, voor eeuwig voor Gods troon


Wat je zingt ben je zelf

'Sterven voor het vaderland' en 'eeuwig juichen voor Gods troon' klinken in onze oren gedateerd, maar de band tussen ouder en kind wordt tegenwoordig nog steeds veelvuldig bezongen. Onlangs heeft men de snottertoptien vastgesteld. Dit is een lijst van muzieknummers waar mensen het vaakst bij moeten huilen. Afscheid nemen en de verstoring van de relatie tussen ouder en kind laten de tranen het vaakst vloeien. Men noemt dit verschijnsel de akoestische navelstreng. Op nummer 1 staat Papa van Stef Bos en in die lijst staat bijvoorbeeld ook De Vlieger van André Hazes.
Door te zingen en muziek te maken vertellen we elkaar verhalen. We geven stem aan zaken die ons raken, onze ideeën en idealen. Zo laten we bijvoorbeeld bij sportwedstrijden zien en vooral horen wat we belangrijk vinden door het volks- of clublied uit volle borst mee te zingen. Jongeren maken eigen liedteksten en rappen over onderdrukking, discriminatie en verzet. Popmusici en artiesten bezingen niet enkel de romantische liefde, maar bieden ons een ruime visie op het goede leven. We hoeven de tekst niet eens helemaal te begrijpen. Een enkele zin uit een refrein in combinatie met het imago van de zanger kan iemand al kracht geven om zorgen en verdriet te overwinnen. We krijgen beelden mee van relaties, van vrouwelijkheid en mannelijkheid. We worden geraakt door het bezongen onrecht dat onszelf of anderen wordt aangedaan. Onze muzikale smaak is zo vooral een manier om aan te geven met wie en met welke opvattingen we ons verbonden voelen. We houden van bepaalde muziek, omdat die bijvoorbeeld een hippe, sjieke of rebelse uitstraling heeft. Zo bevestigt muziek het beeld dat we van onszelf en de wereld hebben en geeft het ons levensmoed.


Pedagogen zingen niet

Pedagogen schrijven en debatteren over het inleiden van kinderen in onze samenleving, over waarden en normen en over de identiteitsontwikkeling van jeugdigen. Hierbij hebben ze over het algemeen weinig oog voor de rol en het belang van muziek. Zelfstandigheid en redelijkheid, zelfvertrouwen en ontplooiing, sociale vaardigheden en respect voor anderen worden veelvuldig benoemd. Maar over muziek als pedagogisch doel en middel zegt men weinig. De muzikale opvoeding wordt overgelaten aan vakspecialisten en de willekeur van ouders. Men ziet het als luxe of denkt dat het met de muzikale ontwikkeling vanzelf wel goed komt. Maar muziek is een belangrijk aspect van het leven en dus ook van belang voor pedagogen.
In onze samenleving is muziek er overal en altijd. De radio staat aan in huis, in de auto en op het strand. Uit de televisie en de computer komt muziek. Muziek gaat mee in de trein, op de fiets en klinkt vanuit luidsprekers op straat, in winkels en restaurants. De muziek is er niet enkel voor volwassenen en jongeren. Het aanbod voor jonge kinderen wordt steeds groter. K3 staat allang niet meer alleen. Er zijn speciale kindermusicals en -concerten. In buurthuizen en op campings worden dansfeesten georganiseerd voor kinderen vanaf een jaar of twee met echte discolichten, rookmachines en een deejay. De peuters en kleuters zijn er dol op.
Zelf muziek maken is in onze cultuur een heel andere zaak. Zingen onder de douche of meezingen met de autoradio is heel gewoon. Maar zodra anderen mee gaan luisteren, schamen we ons en vallen we stil. Wanneer mensen gewoon spreken klinkt de stem rustig en beheerst. Maar tijdens het zingen is de instelling van keel en mond dezelfde als bij het lachen, roepen en huilen. De boodschap klinkt emotioneler en minder oppervlakkig. Wie zingt stelt zich kwetsbaarder op en laat het masker even vallen. Een slaapliedje voor de kinderen thuis lukt meestal nog wel. Ook verliefdheid of een stevige borrel kan de drempel doen verlagen.
Toch zijn er momenten waarop wel wordt gezongen, bijvoorbeeld bij een verjaardag of bij het Sinterklaasfeest. We komen samen om onze betrokkenheid uit te drukken tijdens vieringen en herdenkingen. Al zingend worden we zelf dieper geraakt en ook dat wat we willen zeggen komt sterker over. Hoe tenenkrommend de uitvoering van een zelfgeschreven lied voor het feestvarken ook is, de boodschap is duidelijk: jij bent waardevol. En hoe vals een oma en haar kleindochter samen ook zingen, hun band wordt op een speelse manier versterkt.
Mensen vertellen zeer verschillende verhalen als je hen vraagt naar hun ervaringen met het leren zingen en musiceren. In het ene gezin wordt er niets aan gedaan. In het andere gezin speelt vader gitaar, moeder piano en ontwikkelen de kinderen zich gedurende hun jeugdjaren van het slaan op potten en pannen tot vioolvirtuoos. De een herinnert zich een oude pinnige pianolerares in een grijze muziekschool. Klasgenoten werden daar op woensdagmiddag door de ouders naar toe gesleept, terwijl zijzelf en haar vriendinnetjes heerlijk buiten mochten spelen. Een ander heeft ook piano leren spelen, maar herinnert zich niets van ouderlijke druk en disciplinering. Haar pianolerares woonde op een boerderij met echte koeien, een lieve hond en een open haard. Het was altijd weer een feest om daar naar toe te gaan en ook het oefenen thuis kostte geen enkele moeite.
Op de ene school wordt dagelijks gezongen en zelf muziek gemaakt, bijvoorbeeld met Orff-instrumenten. Op de andere school komt men niet veel verder dan het zo nu en dan meebrommen met de voorgekookte klanken van een cd.
Vrijwel iedere puber is jaloers op leeftijdsgenoten die in een band spelen en tijdens het schoolkamp wil iedereen bij het kampvuur graag meezingen, maar niemand kent liedteksten uit het hoofd. Veel volwassenen vinden het jammer dat hun ouders hen vroeger niet hebben gestimuleerd om een instrument te leren bespelen.


Van muziek wordt het kind een beter mens

Luisteren naar muziek en musiceren maakt het leven prettiger en mooier. Opvoeders die met muziek werken ervaren de grote invloed ervan op hoe kinderen zich voelen en op hun ontwikkeling. Onderzoek naar hoe en in welke mate muziek de ontwikkeling van kinderen beïnvloedt wijst in diverse richtingen en leidt tot felle discussies onder wetenschappers. Het is interessant wat ervaringen van professionals en resultaten van onderzoek te noemen.
De invloed van muziek geldt al voor heel jonge kinderen. Te vroeg geboren baby's ontwikkelen zich beter en huilen minder als ze slaapliedjes horen die gezongen worden door hun moeder. Baby's worden rustiger van het luisteren naar cd's met klassieke muziek. De ritmes van de muziek zouden vergelijkbaar zijn met de hartslag van de moeder die de kinderen altijd al hebben gehoord. Canadese huisartsen delen dergelijke cd's gratis uit aan jonge moeders. In Taiwan krijgt men in de supermarkt bij een pak luiers gratis een cd waar huilbaby's rustig van worden. Deze cd is door een Nederlandse componist gemaakt. Hij paste onder andere muziekstukken van klassieke componisten aan door het tempo te verlagen en geluiden van rammelaars en babygebrabbel toe te voegen. Vooral in Amerika zijn er moeders die de ontwikkeling van hun ongeboren kind willen stimuleren. Door twee maal per dag een uur te gaan zitten met een speciaal muziekapparaat op hun buik, zouden ze een hyperintelligent kind krijgen. Wat hierbij wel bedacht moet worden is dat deze moeders zelf vaak al behoorlijk intelligent zijn en dat twee uur rust in ieder geval een positief effect heeft op de groei van de foetus.
In Duitsland is onderzoek gedaan naar het effect van muziekonderwijs op de ontwikkeling van kinderen op de basisschool. Aan het begin van het schooljaar werd de ontwikkeling van de kinderen op diverse gebieden onderzocht en vastgelegd. De ene helft van de kinderen kreeg muziekles en de andere helft niet. Al na een half jaar stelde men vast dat de kinderen die de muzieklessen volgden zich sneller ontwikkelden. Hun abstractievermogen en ruimtelijk inzicht waren bijvoorbeeld beduidend beter dan die van de andere kinderen. Ook waren de musicerende kinderen zelfbewuster, emotioneel stabieler en minder agressief. Door samen muziek te maken leren kinderen samenwerken. De nadruk ligt hierbij niet, zoals bij de meeste sportactiviteiten op competitie, maar op afstemming en ondersteuning. Wanneer men zingt komen er in de hersenen stoffen vrij waardoor je je diep ontspant en gelukkiger gaat voelen. Dit effect wordt versterkt als men in groepsverband zingt. Muziek versterkt de sociale verbondenheid van groepen.
Bij kinderen met een ernstige verstandelijke beperking wordt muziek gebruikt om contact te maken. Kinderen die de hele dag in zichzelf zijn gekeerd krijgen stralende ogen en gaan lachen. In Amerika gebruiken jongeren die in een band, orkest of koor zitten in vergelijking met andere jongeren minder alcohol, tabak en drugs. Ze doen het meest aan vrijwilligerswerk en geven bijna twee maal zoveel aan goede doelen. Ze zijn politiek actiever en staan meer open voor andere kunstvormen. Kortom: het zijn de steunpilaren van de burgerlijke samenleving.
Zoals gezegd staan de uitkomsten van genoemde onderzoeken niet voor iedereen vast. Toch dringt de gedachte zich op dat kinderen gezonder, socialer, intelligenter en gelukkiger worden van muziek.


Geen dag zonder Bach

Het aanleren van muziek is vergelijkbaar met het leren van de moedertaal. Vanaf de geboorte wordt een kind omringd door taal en wordt het ongedwongen gestimuleerd om mee te communiceren. Zo kan een kind in het ideale geval ook op een speelse manier worden aangezet tot het maken van muziek. De ouders zingen zelf of bespelen een instrument. Het kind is dagelijks ondergedompeld in een muzikale omgeving. Het leert een vast repertoire aan muziekstukken en wordt verleid om zelf al te oefenen op het instrument van vader of moeder voordat het noten leert lezen.
Maar niet elk kind groeit op in een dergelijke omgeving. De muzikale opvoeding kan dus niet worden overgelaten aan het eventuele enthousiasme van de ouders. Pedagogen die werken met kinderen en jongeren moeten zich meer bewust worden van het belang van zingen en muziek maken. Muziek verrijkt het leven en moet een volwaardige plaats krijgen in de opvoeding. Het maakt daarbij niet uit waar we de nadruk op willen leggen: plezier, gevoel voor schoonheid of een morele boodschap. Een kind dat zingt heeft zelfvertrouwen, durft zichzelf te laten zien en voelt zich verbonden met anderen.
In de visie- en beleidsstukken van pedagogische instellingen moet meer aandacht komen voor muziek. Vooral kinderopvangcentra en scholen, maar ook buurthuizen en residentiële opvoedingsinstellingen moeten aangeven hoe ze de muzikale ontwikkeling van jeugdigen willen ondersteunen. Elke dag wordt er gezongen of muziek gemaakt. Elk kind moet in de gelegenheid worden gesteld om een muziekinstrument te leren bespelen. Wanneer we kijken naar België zien we dat de overheid hierbij een veel actievere rol kan spelen door muziekopleidingen te ondersteunen en geld beschikbaar te stellen voor de huur of aanschaf van instrumenten.
Niet elk kind zal het aanbod oppikken en niet elk kind hoeft uit te groeien tot veelbelovende idol. Muziek heeft voor iedereen een andere waarde. De een komt tot rust, de ander tot zelfexpressie en een derde wil ontroerd worden. De individuele inzet van de opvoeder is hierbij van doorslaggevend belang. Professionele pedagogen hebben de taak hun eigen persoonlijke manier te vinden om de stem van kinderen en jongeren adem te geven. Door hun voorbeeld komen kinderen tot het zingen van hun eigen lied.
Toen ik negen jaar was kreeg ik op de lagere school les van een meester die bijna met pensioen zou gaan. We moesten van hem regelmatig een psalm uit ons hoofd leren. Hij vertelde hierbij dat verzetstrijders die in de Tweede Wereldoorlog waren opgepakt door de Duitsers, blij waren geweest dat ze liederen uit hun hoofd kenden. Ze zongen in hun cel over de hulp aan de verdrukten en het verdrijven van de tiran. Ondanks de doodsdreiging raakten ze zo de moed niet kwijt. Vol vuur zette onze meester dan een lied in. Wij werden erg vrolijk wanneer hij zo voor de klas stond te dirigeren. Zwaaiend met zijn armen leek de gewoonlijk stramme man in zijn nette pak bijna te swingen. Ik weet niet of hij met zijn verhaal de bedoeling had aan te sluiten bij de belevingswereld van het kind, maar wij voelden wel dat zingen van levensbelang is.



Naar homepage